Het zijn zorgwekkende tijden als je iets gelegen is aan vrijheid van mening en vrijheid van pers. Onze overheid ligt op ramkoers met de vrijheid van meningsuiting en er zijn 2 schrijnende voorbeelden waarmee onze overheid dit zelfs wil handhaven.
Allereerst natuurlijk de voorgestelde wetgeving om het makkelijker te maken om een politieke partij te verbieden. De alternatieve media heeft het er uiteraard over en geeft to-the-point aan hoe en waarom dit de nekslag is voor onze democratie. De MainStream Media echter denkt er anders over: Als dit gebeurd in landen als China, Rusland of Korea dan schreeuwt men moord en brand maar als het gebeurd in Nederland (of Oekraïne) dan heeft het plotseling met “bescherming van democratie” te maken. Overduidelijk meten met 2 maten.
Voor de Oekraïne is het al te laat: Het Zelensky-regiem heeft politieke tegenstanders al verboden, tezamen met de helft van de pers en onlangs zelfs de Christelijke Orthodoxe Kerk. Normaliter zou onze pers op de achterste poten hebben gestaan maar in deze tijd van onvoorwaardelijke steun aan het nazi-regiem aldaar is er blijkbaar geen journalist die daar aandacht aan besteed. De profeet Zelensky mag geen negatieve publiciteit.
Daarmee komen we op het 2e voorbeeld: Nederland lijkt het “goede voorbeeld” van Volodymyr te volgen en probeert onwelgevallige pers nu ook de mond te snoeren: NPO deelt opnieuw boete uit aan Ongehoord Nederland. Het lijkt op een overduidelijke “de pot verwijt dat de ketel dat die zwart ziet“.
Ik wil het ook helemaal niet hebben over de inhoud van Ongehoord Nederland. Is die hier en daar gekleurd? Jazeker. Wordt het hier en daar van één kant belicht. Waarschijnlijk wel. Maar bij de NPO zien we niet anders. Daar belicht men klakkeloos wat de NGO’s, via Reuters en ANP, en daarmee onze overheid, voorschrijven. Geen enkel woord van kritiek. ON laat de weegschaal niet eens bewegen. En daarmee komen we op de zin van de pers: we moeten alle invalshoeken en meningen kunnen blijven horen, zonder uitzondering. Alleen dan kunnen we een mening vormen. Er moet een balans van narratief en kritiek zijn om een juist wereldbeeld te verkrijgen.
Maar de schaal lijkt definitief door te slaan naar het narratief. Het is inmiddels al meer als een jaar geleden dat ik schreef: Maar als je deze bij elkaar optelt begint het zeer zorgelijk te worden: onze overheid bestrijdt dus, onverdekt en openlijk, berichtgeving die niet in lijn is met de mening van diezelfde overheid.
Het vreemde, of moet ik zeggen compleet irrationele, narratief is dus dat (bepaalde) politieke partijen een gevaar vormen voor de democratie. Hoe hard ben je op je achterhoofd gevallen? En hoe kan alternatieve berichtgeving, die hier en daar niet in lijn is met onze overheid, in hemelsnaam “extreem gevaarlijk voor onze democratie” zijn? De vrije pers was toch het geweten van de democratie? En in welke realiteit is een afwijkende mening een gevaar voor inspraak? Het uitsluiten van een afwijkende mening maakt inspraak totaal overbodig …