Vandaag had ik een interessant telefoongesprek. Hieruit kwam het “advies” om eens de wetenschappelijke stukken waarop het “Beleid tegen OMG’s” gebaseerd is omver te krijgen. Mijn gesprekspartner ging ervan uit dat het hele beleid gestoeld was op wetenschappelijk materiaal. Hij was verbaasd toen ik hem vertelde dat dit materiaal helemaal niet bestaat.
Ik realiseerde me dat wellicht veel mensen in Nederland de geschiedenis van het beleid niet helemaal scherp hebben dus zal ik nog een aantal zaken op een rijtje zetten:
Naar aanleiding van de begrafenis van Sam Klepper en vervolgens 3 vermoorde Hell’s Angels in 2004 wordt een aantal onderzoeken ingesteld die de kleurrijke namen “Fluor”, “Acroniem” en “Cobalt” krijgen. Kosten nog moeite worden gespaard om de bekendste motorclub in Nederland op te sluiten en zelfs te verbieden. Inmiddels weet iedereen dat hier NIETS uitgekomen is. Vrijspraak in de VERMEENDE moordzaak en van een criminele organisatie was geen sprake. De rechtstaat had gesproken en laat er geen twijfel over bestaan. Uit “Het politievakblad” blijkt echter dat niet iedereen bij onze “sterke arm” hier zich bij neer wil leggen.
En wellicht begint hier het “beleid” vorm te krijgen. Voornamelijk POLITIE kan zich niet neerleggen bij de duidelijke vonnissen en als een klein kind begint men te schoppen. Diverse stukken worden geschreven zoals bijvoorbeeld het “interne” document “Hells Angels en andere 1%-MC’s in Nederland“. “Intern” opzettelijk tussen quotes want het staat lange tijd ter download op www.politie.nl . Ik weet zelfs de hand te leggen op het “Handboek 1% MC’s in Nederland“. Allemaal natuurlijk “INTERN” maar wel alom verspreid. Niks “onderzoeken” of “wetenschappelijke stukken” maar een boel kul; verzonnen of overgenomen uit het buitenland. In het handboek staan zelfs instructies die in strijd zijn onze basale vrijheden en grondrechten.
Natuurlijk de nodige “verschonende” teksten zoals: “De mate waarin de beschrijvingen in internationale literatuur overeenkomt met de Nederlandse situatie is niet volledig bekend. Vooral op detailniveau kunnen er verschillen zijn tussen de Nederlandse MC’s en de beschrijvingen van MC’s wereldwijd.” en “Dit handboek heeft echter niet de intentie om de MC’s te omschrijven als criminele organisatie’s. Ook de stelling dat alle leden van 1 %-MC’s criminelen zijn, dan wel criminele activiteiten ondernemen, onderbouwt dit handboek niet.“
Ergens in 2011 hebben de top-ambtenaren bij de politie de aandacht gekregen van onze “crime-fighters” Opstelten en Teeven. Onze minister en staatssecretaris zagen blijkbaar wel heil in deze insteek en op 25 januari 2012 verscheen de, inmiddels alom bekende, “Brief geïntegreerde aanpak outlawbikers“. De documenten van de politie werden tot waarheid verheven en het ministerie gaf alle overheden opdracht de handen ineen te slaan en tezamen ten strijde te trekken tegen de motorclubs in Nederland. De strijd is ook plotseling niet meer tegen de Hell’s Angels maar tegen iedereen die er maar enigszins op lijkt. Zonder enige juridische onderbouwing; zonder verdere uitleg; zonder toetsing aan onze grondwet.
Opgemerkt moet worden dat de minister dit beleid aankondigde in een brief aan de tweede kamer. Volgens de wet kent een minister voor alles wat hij zegt binnen de sfeer van het kabinet en de tweede kamer immuniteit. Hier is géén rechtsgang tegen mogelijk.
Zorgvuldig wordt het oude document gereviseerd en “Outlawbikers in Nederland” is een feit. Het document wordt ter download voor IEDEREEN neergezet op de site van de politie en voornamelijk journalisten worden op de hoogte gesteld waar het te vinden is. Tegelijk gaat er een instructie uit naar alle media om vooral ALLE berichten over leden van motorclubs extra te belichten en erbij te noemen dat het zich hier handelt om een “lid van een OMG” en dat de overheid deze bestrijd.
Ook is de insteek gewijzigd: “Outlaw motorcycle gangs zijn immers geen normale motorclubs, waar alleen het plezier van motorrijden centraal staat. Outlaw motorcycle gangs laten zich in ons land kennen door verstoringen van de openbare orde, waarbij geweld en bedreigingen niet geschuwd worden. De chapters hebben veel leden, die zich met (zware en ondermijnende) criminaliteit bezighouden en men stelt eigen regels boven en buiten de regels van de rechtsstaat. De chapters zijn daarmee een criminogene omgeving, waarin het makkelijk crimineel (internationaal) zaken doen is.“. Verderop in het document wordt uit de doeken gedaan WIE deze OMG’s zijn, met naam, toenaam en afbeeldingen.
Het beleid richt zich nauwelijks op strafrechtelijk optreden. Ook worden er geen richtlijnen gegeven wat te onderzoeken. De instructies zijn voornamelijk bestuursrechtelijk en men noemt het ook het “BARRIÈREMODEL“. Ook in de voortgangsrapportages die volgen wordt erg weinig aandacht besteed aan strafrechtelijke resultaten. Wel wordt er vol trots opgemerkt dat er vele clubhuizen zijn gesloten en nog meer evenementen zijn verboden. Wat het oplevert inzake bestrijding criminaliteit blijft onduidelijk. Feit is wel dat de gecontroleerde omgeving die we in Nederland hadden ondermijnd is en dat er nu veel meer motorclubs en daarmee leden van motorclubs zijn als bij aanvang van het beleid.
In de vele rechtszaken die volgen is wel duidelijk geworden dat het beleid in strijd is met basale vrijheden en grondrechten. Helaas heeft dat alleen maar tot resultaat gehad dat overheden de werkwijze aanpassen zodat de rechtspraak buiten spel wordt gezet.
Wil je, als lezer, je wel baseren op wetenschappelijk onderzoek omtrent dit onderwerp dan lees dit maar eens. Daar is je wetenschappelijk stuk die het beleid had moeten ondersteunen.